• Ernstige vermoeidheid of uitputting;
• Inspanningsintolerantie: kleine lichamelijke of geestelijke inspanning verergeren de klachten;
• Een verstoorde en niet verkwikkende slaap;
• Vertraagde informatieverwerking;
• Neurocognitieve problemen:
• Problemen met concentreren, begrijpen, herinneren en denken;
• Moeite met op woorden te komen;
• Orthostatische intolerantie:
• Duizeligheid, misselijkheid, zweten, kortademigheid, buikpijn, hoofdpijn, hartkloppingen;
• Een soort zwakte tijdens opstaan of zitten, die juist afneemt bij liggen;
• Afwisselende pijn in spieren en gewrichten en soms pijnlijke lymfklieren, hoofd-, keel- of buikpijn;
• Koorts en verhoogde gevoeligheid voor bepaalde stoffen.